Aan welke eisen moet een inspanningstest voldoen?

Aan welke eisen moet een inspanningstest voldoen?

Aan welke eisen moet een inspanningstest voldoen? Veel klanten komen bij ons met een test die ze elders gedaan hebben. Meestal verschillen de resultaten niet zo veel met de onze. Is de meting ouder dan een jaar, dan is het tijd voor een hermeting. Het hoeft niet altijd over, tenslotte zijn de mensen het meest gebaat bij een goed schema. Vertrouwen wij de resultaten dan kijken we of er genoeg gegevens zijn om het opnieuw te beoordelen en een schema te maken. Eerder behaalde resultaten kun je als een goed controle middel gebruiken.
Meestal zitten er geen specifieke schema’s bij en dan proberen we de gevonden niveau’s om te zetten naar een specifieke doelstelling.
Toch zitten er zo nu en dan onbruikbare of slecht beoordeelde testen tussen met een nog slechter schema. Vaak is het omslagpunt te laag gezet. Bijvoorbeeld een maximale hartslag van 180 met een omslagpunt van 134. Het omslagpunt zal in dit geval rond de 170 zitten.

De gouden regels voor een goede test zijn:

• Je mag niet te snel  naar je max worden opgejaagd, minsten 6 minuten moet het makkelijk gaan
• Bij een lactaat test zijn wel wat meer meetpunten dan 4 of 5 nodig
• Het omslagpunt ligt  niet ver van de maximale hartslag af
• Je zuurstofopname kan je narekenen uit het vermogen bij 200 Watt kom je op een zuurstofopname van 2,66 liter en bij een maximale loopsnelheid van 16 km/u kom op een zuurstofopname van 50 ml/kg
• De test moet minstens tot net over het omslagpunt gaan
• De behaalde ademfrequentie moet ruim boven de 30 zijn

Vaak worden testen afgebroken als de norm gehaald is. De normwaarden zijn vaak aan de lage kant voor fitte 40 plussers

De gouden regels voor een goed schema zijn:

• Houd rekening met je sporthistorie ( hoe lang doe je het al)
• Houd rekening met je talent (testresultaat) en/of eerder behaalde resultaten
• Houdt rekening met je beschikbare tijd, zodat er ook nog gerust kan worden ( minstens zo belangrijk)
• Doelstelling en schema zijn op elkaar afgestemd. Voor marathon train je op een lagere hartslag als voor een 10 km
• Je schema wordt bijgesteld op basis van prestatie en/of verloop van je rusthartslag

Laatst werd er voor een top marathonloper met hetzelfde omslagpunt als een recreant hetzelfde schema gemaakt.